‘Eindelijk heb ik u bereikt met het servies van mijn schoonmoeder” zegt een mevrouw die servies aan mij wil verkopen ‘dat was een hele uitdaging’. Welke uitdaging kan ik niet weten:
woont mevrouw ver, was er geen parkeerplaats bij de winkel of waren de dozen te zwaar? “Mijn man kan er geen afstand van doen’ zegt ze ‘we zijn nu al maanden bezig het huis van zijn moeder leeg te maken maar er mag niets weg’.
Dit geldt dus ook voor het servies. Volgens haar man is het héél véél geld waard, zijn moeder heeft dat altijd benadrukt.
‘Mijn man is enig kind en hij kan moeilijk afstand doen van spullen, als ik iets weg wil doen, kijkt hij de vuilnisbakken na’.
Ook vertelt ze dat dit eigenlijk voor alles geldt, ook voor de kranten die hij leest. Niets kan weg, mogelijk moet hij nog een artikel lezen. Het hele verhaal komt mij bekend voor.
Ook ik mag thuis geen enkele krant weggooien zonder toestemming en spullen die mogelijk nog nuttig zijn komen niet in de vuilnisbak, maar in de opslag. “Mijn man is óók enig kind en zijn moeder heeft ook heel veel spullen’’ zeg ik ‘en dat met die kranten herken ik ook”. Haar man komt ook hiernaar toe, hij is even een parkeerplaats zoeken, maar het zou mij niet verbazen als ik zo mijn eigen man zie binnenkomen…………